Traditiegetrouw wordt de openingsronde gespeeld door middel van een gestuurde loting. De spelers met een hogere ELO-rating komen in pot 1 en de overige leden in pot 2. Normaal gesproken gaan de punten dan naar spelers uit pot 1. Hoe anders verliep het ditmaal. Liefst vier spelers uit de sterke groep kwamen niet tot winst: twee gingen er zelfs kopje onder. Wederom een bewijs voor de groeispurt van ’t Paardje. De speelsterkte is vooral in de breedte sterk toegenomen en de stoelpoten van de gevestigde orde krijgen het dit seizoen ongetwijfeld zwaar te verduren.

De meest opvallende uitslag is de zege van Lars Vonk op titelkandidaat Peter van den Hout. Met “hout” en “vonk” waren alle ingrediënten voor een knetterend potje aanwezig en de stelling stond dan ook spoedig in lichterlaaie. Toen de rookgordijnen waren opgetrokken restte Peter slechts het overbrengen van de felicitaties.

René Gosens verloor eveneens. Robin van Schendel strafte de zwaktes in de stelling van de routinier meedogenloos af en onderstreepte de door hem gemaakte vorderingen.

Tot slot moesten Hans Kriens en Klaus Pfaffenhöfer genoegen nemen met een halfje. Het andere halfje ging verrassend naar respectievelijk Martijn Dekkers en Kay Jansen.